Wondinfecties

Onderscheid dient gemaakt te worden tussen traumatische wonden, chronische wonden en postoperatieve wonden.

  • Traumatische wonden: let op bij vuile wonden (contaminatie met omgeving) gezien risico op cellulitis, tenosynovitis, osteomyelitis, ...
    Belangrijk is de tijd verlopen sedert het trauma.
    Vergeet de tetanus profylaxe niet na te kijken.
  • Chronische wonden: decubituswonden, vasculaire ulcera, ...; polymicrobieel.
    Neem enkel kweken af indien de wonde klinisch geïnfecteerd lijkt, wondkweek is niet geschikt om uit te maken of er infectie aanwezig is (zeker bij vasculaire ulcera).

  • Postoperatieve wondinfectie: steeds wondkweek uitvoeren.

Etiologie

Traumatische wonden:

  • Staphylococcus aureus
  • Beta hemolytische streptokokken

indien besmet in vuil water (zeewater, rivierwater, ...) kunnen deze speciale microbiota herbergen:

  • Aeromonas species
  • Vibrio species
  • Pseudomonas species
  • Mycobacteriën
    vermeld deze gegevens op de aanvraag bij de wondkweek

Chronische wonden:

meestal polymicrobieel

Postoperatieve wondinfecties:

  • Staphylococcus aureus
  • Streptokokken
  • Staphylococcus lugdunensis
  • Enterobacterales
  • Pseudomonas aeruginosa
  • Enterokokken
  • Anaëroben

soms polymicrobieel

Commentaar

Neem bij chronische wonden enkel kweken af indien de wonde klinisch geïnfecteerd lijkt (uitbreidende roodheid, pijn, zwelling, …) of op korte tijd evolutief is.
Een wondkweek is niet geschikt om uit te maken of er infectie aanwezig is (zeker bij vasculaire ulcera).
Bij chronische wonden ontstaan in tropische omgeving kan een wondkweek wel nuttig zijn, vermeld dit steeds op de aanvraag.

Therapie / dagdosis

Traumatische wonde (niet bevuild) bij niet zwaar zieke patiënt, geen hoge inflammatoire parameters of septisch beeld:

Geen (empirische) antibiotherapie.

Opmerkingen

Chirurgische exploratie en drainage is zeer vaak voldoende zonder dat antibiotica nodig zijn.
Abcesdrainage sterk aanbevolen indien doorsnede van het abces groter is dan 3 tot 4 cm.

Traumatische wonde, bevuid of langdurig onverzorgd (>12uur) of indien zieke patiënt met hoge inflammatoire parameters
maar niet septisch:

amoxicilline-clavulaanzuur (amoxiciIIine 1 g + clavulaanzuur 200 mg) IV elke 6 uur

Duur: afhankelijk van context en evolutie patiënt (maximaal 7 dagen)

Opmerkingen

Steeds hemoculturen en wondkweken afnemen.

Indien wel veralgemeend septisch beeld:

amoxicilline-clavulaanzuur (amoxiciIIine 1 g + clavulaanzuur 200 mg) IV elke 6 uur
+
amikacine 1 x 25 mg/kg IV OD (op dag 1), op volgende dagen: amikacine 1 x 15 mg IV elke 24 uur

Duur amoxicilline-clavulaanzuur: afhankelijk van context en evolutie patiënt.
Duur amikacine: maximaal 3 dagen

Opmerkingen

Steeds hemoculturen en wondkweken afnemen.
Doe beeldvorming om dieper liggende abcessen uit te sluiten.

Chronische wonden (al of niet vasculair):

Geen (empirische) antibiotherapie.

Opmerkingen

Neem enkel kweken af indien de wonde klinisch geïnfecteerd lijkt.

Postoperatieve wondinfectie zonder tekens van veralgemeende sepsis:

Therapie op basis van kweken.

Opmerkingen

Steeds hemoculturen en wondkweken afnemen.
Doe beeldvorming om dieper liggende abcessen uit te sluiten.

Postoperatieve wondinfectie onder of na recente antibiotherapie en met veralgemeende sepsis:

meropenem 1-2 g IV OD, gevolgd door 1-2 g IV elke 8 uur

Duur: afhankelijk van context en evolutie patiënt.

Opmerkingen

Steeds hemoculturen en wondkweken afnemen.
Doe beeldvorming om dieper liggende abcessen uit te sluiten.

In geval van (sterk) vermoeden van MRSA (bv. gekende MRSA patiënt) voeg toe:

vancomycine 25mg/kg IV OD over 2 uur, onmiddellijk gevolgd door 30mg/kg CI over 24 uur

Duur: afhankelijk van context en evolutie patiënt.

Opmerkingen

Vancomycine dosis aanpassen aan nierfunctie.
Spiegel vancomycine 1e maal te bepalen na 48 uur.