Sepsis / septische shock

► Sepsis is een levensbedreigende orgaandysfunctie veroorzaakt door een ongepaste respons van de gastheer op een infectie
Wanneer niet in IZ omgeving kan de qSOFA score (“quick Sequential Organ Failure Assessment”) hulp bieden:

  1. Systolische arteriële bloeddruk ≤ 100 mm Hg (1 punt)
  2. Ademhalingsfrequentie ≥ 22/minuut (1 punt)
  3. Verwardheid (1 punt)

Een qSOFA score > 2 maakt sepsis waarschijnlijk.

► Septische shock is een subgroep van sepsis met belangrijke circulatoire en metabole afwijkingen (mortaliteit van ongeveer 40%) wordt gekenmerkt door een combinatie van:

  • sepsis
  • nood aan vasopressieve geneesmiddelen om een gemiddelde arteriële bloeddruk van ≥ 65 mm Hg te bekomen
  • lactaatconcentratie van > 2 mmol/liter (180 mg/liter) ondanks adequate opvulling

Diagnostiek:

  • Neem steeds minstens 2 sets hemoculturen af (perifeer en via elke -langdurig aanwezige- vasculaire leiding) vóór de start van de anti-infectieuze behandeling.
  • Neem eveneens andere geschikte stalen voor cultuur: urine, lumbaal vocht, sputum, wonde, ... vóór de start van de anti-infectieuze behandeling.
  • Beeldvorming ter bevestiging van de lokalisatie van de infectiehaard.
  • Overweeg snelle broncontrole indien van toepassing (consult chirurgie).

Anti-infectieuze therapie:

Gegevens die de keuze van antibiotica beïnvloeden zijn:

  • Wat is de meest waarschijnlijke focus van infectie? pulmonair, urinair, abdominaal, cerebrospinaal, wonden, katheters, ... ?
    Kijk voor de correcte keuze naar het betreffende stelsel in de GIRA.
  • Is de patiënt immuuncompetent? Neoplasie, chemotherapie, AIDS, ...
  • Heeft de patiënt een recente antibiotherapie gehad, is de patiënt recent gehospitaliseerd geweest of komt patiënt uit een zorginstelling?

Start zo snel mogelijk anit-infectieuze therapie op (< 1 uur na diagnose).

Totale duur: 7 - 10 dagen. Langere duurtijden zijn verdedigbaar in geval van trage klinische respons, de aanwezigheid  van onmogelijk of  moeilijk te  draineren  infectiehaarden, bacteriëmie door Staphylococcus aureus, immuundeficiëntie(neutropenie), infecties door specifieke virussen en/of fungi,... In overleg met infectioloog/microbioloog.